Vissen verlevendigen je vijver. Dit geldt zeker voor de soorten die graag aan de oppervlakte zwemmen en felgekleurd zijn. Zij maken de vijver extra leuk om naar te kijken op een mooie zomeravond. Op deze pagina lees je welke vissen geschikt zijn voor in de vijver. Daarnaast kijken we hoeveel vissen dat je in de vijver kunt zetten en waar je op moet letten bij het voeren van de vissen.
Welke vissen zijn geschikte vijvervissen?
Niet alle vissoorten zijn geschikte vijvervissen. Vissen die een natuurlijke schutkleur hebben, zijn niet goed zichtbaar en vallen daarom meteen al af. Maar ook bij de gekleurde exemplaren moet je goed opletten welke soort je kiest.
Vissen die geschikt zijn voor de vijver hebben een aantal eigenschappen. We bespreken deze hieronder.
Oppervlakte-azer
Een oppervlakte-azer is een vis die zijn voedsel van de waterspiegel hapt. Deze vissen zitten van nature bovenin de vijver en zijn daardoor extra goed zichtbaar. Tegenover oppervlakte-azers staan bodemazers. Dit zijn vissen die hun eten zoeken, door in de grond en waterplanten te woelen. In een vijver is dit geen gewenste eigenschap. Bodemazers zullen ook van het oppervlak leren eten als je ze voert, maar blijven tussen deze maaltijden door toch graag in de bodem wroeten. Dit geldt zeker als de vissen wat groter worden. Kies dus bij voorkeur oppervlakte-azers.
Voortplanting
Een beperkt aantal jonge visjes is leuk, maar honderden jonge vissen per jaar levert problemen op in de vijver. Vissen vervuilen het vijvermilieu immers met hun uitwerpselen. Een vijver kan dit tot op zekere hoogte aan. Wanneer er echter teveel vissen in een vijver komen, leidt dit tot problemen zoals algengroei. Kies daarom vissen, die zich niet massaal voortplanten.
Geen planteneters
Vissen die graag van waterplanten eten, zijn niet geschikt voor in de vijver. De zuurstofplanten in de vijver hebben immers een belangrijke functie, ze houden het vijverwater helder. Wanneer deze planten steeds aangevreten worden, zal het water daarom al snel groen en troebel worden. Kies daarom vissen, die niet van de planten eten.
Soorten vissen voor de vijver
Hieronder vind je een overzicht van soorten vissen voor in de vijver. Van elke vis staat vermeld, hoe hij scoort op bovengenoemde kenmerken (op een schaal van één tot vijf). Op deze manier kun je kijken, of een vis geschikt is als vijvervis.
Goudvis (Carassius auratus auratus)
De goudvis is waarschijnlijk de bekendste vijvervis en is dan ook volop verkrijgbaar, voor weinig geld. Helaas heeft deze vis maar weinig pluspunten:
- Oppervlakte-azer: De goudvis zoekt zijn eten van nature op de bodem
- Voortplanting: Goudvissen kunnen enorme aantallen nakomelingen krijgen
- Planteneters: Grote exemplaren eten jonge scheuten van zuurstofplanten
Totale score voor de tuinvijver: 1/5
Goudwinde (Leuciscus idus melanotus)
Goudwindes zijn mooie, beweeglijke vissen die veel boven in de vijver terug te vinden zijn. Het is een typische scholenvis die graag in een groep van vier tot tien vissen zwemt. De goudwinde scoort daarom erg goed als vijvervis. Het enige nadeel is, dat deze vis flink kan groeien (tot 60 centimeter) en daardoor het vijvermilieu kan gaan belasten.
- Oppervlakte-azer: De goudwinde zoekt zijn eten van nature aan de wateroppervlakte
- Voortplanting: Goudwindes planten zich niet makkelijk voort in de vijver
- Planteneters: Goudwindes eten niet van waterplanten
Totale score voor de tuinvijver: 4/5
Blauwwinde of blauwe winde (Leuciscus idus caeruleus)
Wat voor de goudwinde geldt, geldt ook voor de blauwwinde. Het verschil tussen deze twee vissen is echter de kleur. De blauwwinde is zilver met een blauwachtige gloed. De goudwinde is bleek oranje.
- Oppervlakte-azer: De blauwwinde zoekt zijn eten van nature aan de wateroppervlakte
- Voortplanting: Blauwwindes planten zich niet makkelijk voort in de vijver
- Planteneters: Blauwwindes eten niet van waterplanten
Totale score voor de tuinvijver: 4/5
Komeetstaart (Sarasa)
Een komeetstaart heeft meerdere kleuren (meestal rood en wit) en een opvallend grote staart. Het is daardoor een zeer mooie vijvervis. Hoewel deze soort nauw verwant is aan de goudvis, heeft de komeetstaart meer pluspunten. Komeetstaarten worden maximaal twintig centimeter lang.
- Oppervlakte-azer: De komeetstaart zoekt zijn eten van nature aan de wateroppervlakte
- Voortplanting: Komeetstaarten planten zich niet makkelijk voort in de vijver
- Planteneters: Komeetstaarten eten niet van waterplanten
Totale score voor de tuinvijver: 5/5
Zonnebaars (Lepomis gibbosus)
De zonnebaars is een roofvis. Op zijn menu staan dus andere kleine vissen, larven en insecten. Zonnebaarzen mogen niet meer verhandeld worden in Nederland, omdat zij in het wild problemen kunnen veroorzaken met de natuurlijke visstand in een water. Alleen in een grote vijver kun je een zonnebaars houden. Hier kan de vis de aanwas van andere vissen beperken.
- Oppervlakte-azer: De zonnebaars is een jager en jaagt door de hele vijver naar zijn prooi
- Voortplanting: Zonnebaarzen kunnen zich redelijk makkelijk voortplanten
- Planteneters: Zonnebaarzen eten niet van waterplanten
Totale score voor de (grote) tuinvijver: 2/5
Goudelrits (Pimephales promelas)
Het opvallendste kenmerk van de goudelrits is dat de vis erg klein blijft, maximaal acht centimeter. Dit heeft als voordeel, dat je er veel van in de vijver kunt houden. De goudelrits of Mona Lisa is bovendien een geschikte vis om in een pas opgestarte vijver te zetten, omdat hij het vijvermilieu niet te zwaar belast. Goudelritsen planten zich makkelijk voort. Ze worden echter niet oud zodat het totaal aantal vissen overzichtelijk blijft.
- Oppervlakte-azer: De goudelrits is een oppervlakte-azer
- Voortplanting: Goudelritsen kunnen zich makkelijk voortplanten in de vijver
- Planteneters: Goudelritsen eten niet van waterplanten
Totale score voor de tuinvijver: 5/5
Vissen en biologisch evenwicht vijver
Vissen spelen maar een kleine rol in het biologisch evenwicht van de vijver. Een vijver zonder vissen kan dan ook probleemloos helder blijven en goed functioneren. Vissen zorgen met hun uitwerpselen juist voor een belasting van het vijvermilieu. Dit is de reden, dat je beter niet teveel vissen in de vijver kunt zetten. Een teveel aan afvalstoffen zal leiden tot groei. van algen. Toch is het aan te raden om in elke vijver tenminste een paar vissen te zetten. Deze kunnen eventuele muggenlarven opeten. Hiermee voorkom je, dat de vijver tot een muggenplaag leidt.
Hoeveel vissen in de vijver?
Per 1.000 liter vijverwater kun je ongeveer 20 centimeter aan vislengte in de vijver zetten. Houd er bij de aanschaf van vissen daarnaast rekening mee, dat de vissen nog zullen groeien en zich mogelijk zullen voortplanten. Als de waterkwaliteit van de vijver beter is, kun je wat meer vissen houden. Een goede waterkwaliteit betekent dat het vijverwater voldoende hard is. Behandel je vijver daarom periodiek met Mineral Clay. Een goede manier om snel te zien of het vijverwater voldoende helder is, is de schaduwtest. Bij zonnig weer moet je de schaduw van de vissen op de vijverbodem kunnen zien. Als dit niet het geval is, heeft de vijver last van zweefalgen. Deze kun je eenvoudig tegengaan met Zweefalg in één, zodat het water in de vijver weer snel helder is.
Vissen voeren
Wanneer je niet teveel vissen in de vijver hebt, kun je het vissen voeren beperken tot bijvoeren tijdens de zomermaanden. De vissen zullen verder leven van larfjes, insecten en dergelijke. Houd bij het vissen voeren de volgende richtlijnen aan:
Voer niet meer, dan dat de vissen in vijf minuten kunnen opeten
Het voer dat niet door de vissen wordt opgegeten, leidt immers tot extra belasting van het vijvermilieu.
Voer niet bij een lage watertemperatuur
De stofwisseling van vissen komt vrijwel stil te liggen bij watertemperaturen lager dan acht graden. Vissen voeren heeft dan geen nut meer. Het leidt alleen maar tot vervuiling van de vijver.
Voer af en toe met levend voer
Vissen stellen watervlooien zeer op prijs als maaltijd. Ook gevriesdroogde watervlooien kun je als voer gebruiken. Watervlooien hebben een hoog eiwitgehalte en leiden bovendien tot verdieping van de kleur van de vissen.
Verder lezen: | Producten: |